Onderschat de waarde van merkassociaties niet

De waarde van merkassociaties

Staat er een reeks nieuwe productintroducties op de planning of wordt er een campagne gestart om een herpositionering van je merk over het voetlicht te brengen? Dat zijn ontwikkelingen die impact hebben op de merkbeleving bij consumenten. Hoe ga je daarmee om?

Voor de duidelijkheid, we hebben het hier over een bestaand merk. Een gevestigde naam waar consumenten zich in de loop der jaren een duidelijk beeld over gevormd hebben. In het brein van de consument is als het ware een netwerk rondom het merk ontstaan. Een wirwar aan directe en indirecte verbindingen tussen associaties die getriggerd worden als je in aanraking komt met het merk. Dit netwerk van merkassociaties vormt het DNA van je merk.

Associaties

Een associatie kan van alles zijn: een logo, een kleur, een geur, een producteigenschap, een karaktertrek, een gevoel, et cetera. De associaties die het sterkst verbonden zijn met het merk en het meest bepalend zijn voor het merkbeeld, vormen de kern van het merkassociatienetwerk. Zo is de merknaam Nike overbodig als er een swoosh op je hardloopoutfit staat, is de bonuskaart onlosmakelijk verbonden met Albert Heijn en is de Consumentenbond nog altijd de betrouwbaarste partij als het gaat om productreviews.

“Even if a brand’s advertising is noticed, it can’t work unless it refreshes or creates useful memory structures for the brand. This requires understanding what consumers already have in their minds and then working with it, not against it.”

Byron Sharp

Sluiten je plannen aan bij het merkbeeld?

Terug naar de nieuwe plannen. In hoeverre sluiten de producten of diensten die je wilt introduceren aan bij het huidige merkbeeld? Is er een duidelijke link met het bestaande imago? Je wil consumenten niet van je vervreemden door te ver van je kernwaarden af te gaan staan. Daar is jarenlang met veel zorg aan gebouwd en ze zijn veel te waardevol om zomaar overboord te gooien.

Zo probeerde TomTom in 2015 de actioncam-markt te bestormen met de Bandit. Dat was zonder twijfel een stap te ver van het bestaande merkbeeld. TomTom kreeg niet alleen te maken met zware concurrenten als GoPro, maar had ook een streepje achter op het gebied van geloofwaardigheid. Is een navigatiespecialist überhaupt in staat om een fatsoenlijke camera te ontwikkelen?

Dan is de samenwerking tussen Robijn en Zwitsal een stuk logischer in het licht van merkassociaties. Door gebruik te maken dé kernassociatie van Zwitsal, namelijk de unieke Zwitsal-geur, én die van Robijn, heerlijk ruikende was, is het Robijn-wasmiddel met Zwitsal-geur een match made in heaven.

Don't mess with the DNA of your brand!

Wellicht was TomTom te vroeg met de introductie van Bandit. Was het verstandiger geweest om eerst een brug te slaan met behulp van een subtielere productuitbreiding, bijvoorbeeld een dashboardcam die in ieder geval een link heeft met auto’s. Wellicht was de consument over een aantal jaar wel klaar geweest voor een actioncam.

Veranderingen zullen altijd traag geadopteerd worden door consumenten, omdat er al een solide merkstructuur in het brein aanwezig is. Het kost tijd, energie, een lange adem en enorm veel herhaling om een merkbeeld te veranderen. Merkonderhoud betekent permanent bouwen aan je assortiment en positionering, zonder impulsief van hot naar her te springen.

U bevindt zich hier

Herpositionering is eveneens een prachtige aanleiding om te investeren in een uitgewerkt en gevalideerd associatienetwerk. In dit geval heb je een duidelijk doel voor ogen. Bijvoorbeeld een nieuw mission statement en visie die aangeven wat de gewijzigde ambitie van het merk is. Voor je kunt bepalen hoe je bij die stip aan de horizon uitkomt, is het minstens zo belangrijk om te weten waar je merk op dat moment staat. Als het startpunt helder is, kun je inzichtelijk maken aan welke knoppen gedraaid moet worden om verandering teweeg te brengen.

Merkassociaties

Een kijkje in het brein van de consument

Het in kaart brengen van merkassociatienetwerk is een intensief traject, waarbij er idealiter informatie uit drie verschillende bronnen geput wordt.

1. Het brein van consumenten

Het belangrijkste onderdeel is de daadwerkelijke, mentale representatie van je merk in het brein van consumenten. Om die informatie aan te kunnen boren, wil je toegang tot het onbewuste van consumenten. Net als veel keuzes en aankoopbeslissingen ligt het mentale beeld dat een consument zich vormt over merk in het onbewuste opgeslagen. Ik stof hier Thinking, fast and slow van Kahneman & Tversky (aff.) even kort af.

Systeem 1

Het verreweg grootste deel van onze keuzes en ons gedrag worden bepaald door het snelle, automatische, intuïtieve en onbewuste systeem 1. Als je gehaast door de supermarkt je boodschappen bij elkaar verzamelt, pak je bijvoorbeeld altijd hetzelfde merk tandpasta. Het is een automatisme geworden. Je weet wat je aan de tandpasta hebt, hoe hij smaakt en het bespaart je de moeite van alle opties afwegen totdat je de ultieme variant gevonden hebt.

Systeem 2

Als we een complexe situatie aantreffen, treedt de tegenhanger, systeem 2, in werking. Systeem 2 volgt een trager, weloverwogen, analytisch en bewust proces. Bijvoorbeeld als je in dezelfde supermarkt staat om boodschappen te doen voor een etentje met vrienden, waarvan één vegetarisch is en één diabeet, terwijl je zelf beide niet bent. Je bent dus bewust aan het afwegen welke producten je wel en welke je maar beter niet in je winkelwagen kunt leggen.

It’s just emotions taking me over

Veel – niet alle – onbewuste systeem 1-keuzes worden gestuurd door emotie. Hoewel je in dit tandpasta-voorbeeld niet direct een heel heftige emotionele reactie hebt op de tandpasta, geeft het merk dat je automatisch van het schap pakt wel een gevoel van herkenning, vertrouwen en zekerheid. Een gevoel dat het makkelijk maakt om weer voor dezelfde optie te kiezen.

Het grootste deel van de merkassociaties is terug te vinden in systeem 1 en ongeveer driekwart van de merkassociaties is emotioneel. Dit laatste geldt voor alle merken! Ook voor merken waarbij je niet direct een emotionele associatie verwacht. Denk aan financiële instellingen of telecomproviders. Dit betekent dat je bij het inventariseren van merkassociaties ook de juiste technieken moet inzetten om tot die onbewuste en emotionele associaties boven water te halen.

2. Bestaande data

Zoals ik net al aangaf, is het met name bij herpositioneringstrajecten niet alleen van belang om consumenten te raadplegen. Veel organisaties hebben over de jaren heen al veel informatie over hun merkassociaties verzameld. Omdat gevestigde merken een redelijk solide merkbeeld hebben, is het zinvol om deze bestaande data mee te nemen in de inventarisatie.

3. De vernieuwde merkambitie

Omdat je tevens op zoek bent naar handvatten om het doel, de nieuwe positionering, te bereiken, wil je ook merkassociaties meenemen die gerelateerd zijn aan de vernieuwde merkambitie.

Deze drie ingrediënten leiden tot een ultieme set merkassociaties, waarbij het van belang is deze te valideren. Zo kun je achterhalen welke associaties de kern van je merk vormen in het collectieve consumentenbrein, welke losser aan het merk gekoppeld zijn en welke merkassociaties direct of indirect met elkaar verbonden zijn.

Een roadmap naar verandering

Deze validatie vormt het uitgangspunt voor optimalisatie van het merkbeeld: het merkassociatienetwerk. Door het huidige netwerk te vergelijken met de richting die het merk op wil, kan met behulp van dit netwerk beoordeeld worden of er merkassociaties zijn, die onderdeel uitmaken van de herpositionering die:

  • momenteel niet verbonden zijn aan het associatienetwerk. Dan zullen er veel tijd en (marketingcommunicatie-)middelen geïnvesteerd moeten worden om in eerste instantie een verbinding te maken.
  • een zwakke connectie hebben met het associatienetwerk. Bijvoorbeeld als ze helemaal aan de buitenkant van je merkassociatienetwerk hangen. Dan kunnen de bestaande verbindingen met andere (sterkere) associaties gebruikt worden om de connectie te versterken.
  • onderdeel uitmaken van de kern van het netwerk. Dan is dit een ideaal uitgangspunt en kan er onder andere gefocust worden op het bestendigen van deze verbinding.

Op naar een positiever groen

Laat ik dit concreter maken aan de hand van het volgende Greenchoice-voorbeeld (versimpeld netwerk in de vorm van een metronetwerk gebaseerd op eigen onderzoek uit 2014). Stel dat Greenchoice zich tot doel gesteld heeft om niet alleen een groen, maar ook een sterk positief merkbeeld neer wil zetten. Na uitvoerig onderzoek geeft de onderstaande merkkaart de mentale representatie van het merk Greenchoice bij consumenten weer.

Merkassociaties

Wat zien we hier?

Deze kaart vertelt ons in eerste instantie dat Greenchoice haar groene karakter duidelijk heeft overgebracht. ‘Milieubewust’ en ‘duurzaam’ maken onderdeel uit van de kern van het merk DNA, het ‘centrale station’.

Als derde kernassociatie zien we ‘verkooptrucs’ terugkomen. Rond 2014 teisterde de associatie met verkooptrucs, en in het verlengde daarvan ‘irritatie’ en ‘teleurstelling’, het merkbeeld van vrijwel alle energiemaatschappijen. ‘Duurzaam’ staat vervolgens vooral in verbinding met innovatieve associaties als ‘vernieuwend’, ‘verrassend’, ‘gedreven’ en ‘fris’, de blauwe ‘metrolijn’. Hieruit kunnen we opmaken er aan associaties ‘duurzaam’ in de hoofden van consumenten niet altijd dezelfde betekenis gegeven wordt als in de boardroom van een energiemaatschappij.

Overstapstation

Via ‘milieubewust’ is er een verbinding met ‘sociaal’. Dit is een sterke associatie die tevens een belangrijke verbindende rol speelt tussen twee andere, groene metrolijnen: via ‘sympathiek’ naar ‘optimisme’ en via ‘uitstekende service’ naar ‘betrouwbaar’. ‘Sociaal’ kan beschouwd worden als een belangrijk ‘overstapstation’.

Om letterlijk de associatie ‘optimisme’ nadrukkelijker onderdeel uit te laten maken van de mentale representatie van Greenchoice, kan ‘milieubewust’ als uitgangspunt genomen worden. Door gebruik te maken van ‘sociaal’ en ‘sympathiek’ als gelieerde haakjes, kan uiteindelijk ‘optimisme’ steviger aan het merk Greenchoice verbonden worden. ‘Samenwerken’ en ‘verbindend’ zijn spontane associaties, die samenhangen met ‘sociaal’.

Vertaling naar marcom

Het is belangrijk dat niet alleen optimisme terugkomt in campagnemateriaal van Greenchoice. Milieubewust, sociaal en sympathiek zijn de haakjes om deze verhaallijn aan op te hangen. Deze ketting van associaties kan gebruikt worden als checklist in een briefing aan een creatieve bureaus om richting te geven aan de campagne. Campagnemateriaal kan ook ge-pretest worden op deze merkassociaties om zo vooraf te verifiëren dat de campagne de juiste snaar raakt bij de doelgroep.

Om een effect teweeg te kunnen brengen in het merkassociatienetwerk, is het van belang dat er een consistent beleid gevoerd wordt. Alle marketinginspanningen zijn idealiter complementair. Herhaling is essentieel om langdurige veranderingen te realiseren. Als een vervolgcampagne een ingezette beweging tegenspreekt, worden effecten mogelijk teniet gedaan.

Kennis over de mentale aanwezigheid van je merk helpt bij merkonderhoud. Genoeg reden om daar dieper in te duiken!

Deze blog is ook gepubliceerd op Frankwatching.

Loss aversion

Loss aversion

Het komt steeds vaker voor dat je ’s ochtends opstaat met een lichte pijn in je rug. Het is hoog tijd voor een nieuw matras. Je bezoekt een beddenzaak waar je onder begeleiding van het winkelpersoneel verschillende matrassen uitprobeert: hard, medium, zacht; pocketvering, traagschuim, memory foam; etc. Het is lastig kiezen: een paar minuten op een matras liggen is toch heel anders dan er een nacht op slapen. Het aanbod om het matras vrijblijvend 14 dagen thuis uit te proberen, komt dan ook goed van pas. Na een paar dagen proefslapen ben je helemaal gewend aan dit matras. Ook al is het matras duurder dan je van plan was uit te geven, besluit je het matras te houden. 

Mensen houden niet van verliezen. We zijn twee keer zo sterk gemotiveerd om een verlies te vermijden, dan om iets te winnen. Omdat je een paar nachten op het matras geslapen hebt, voelt het als jouw matras. Dit matras wil je niet meer kwijt. Deze ‘loss aversion’ heeft op tal van manieren een sterke invloed op ons gedrag. Zo heeft “mis deze korting niet” (nadruk op verlies) meer effect dan “profiteer van deze korting actie” (nadruk op winst).

Succesvol segmenteren begint met inzicht in drijfveren (1/3)

Blog - Segmenteren

Segmenteren betekent letterlijk het opsplitsen van de markt in deelmarkten. Hierbij draait het om het identificeren van groepen consumenten, die je met een aanbod op maat veel beter kunt bedienen en met een boodschap op maat écht in het hart kunt raken.

Duidelijk te onderscheiden segmenten worden nog steeds veel gebruikt. In vergelijking met de vorige eeuw is er één cruciaal verschil: dat onderscheid vind je niet of nauwelijks meer in socio-demografische kenmerken. Segmenteren op basis van uiterlijke kenmerken heeft plaatsgemaakt voor segmentatie op basis van innerlijke kenmerken en gedrag!

Van maatschappelijke zuilen naar een chaotische massa enkelingen?

Het na-oorlogse Nederland was heerlijk overzichtelijk: arbeiders woonden in volkswijken op loop- en fietsafstand van de fabriek; van huis uit stemden ze PvdA. Beneden de rivieren was iedereen katholiek en was de preek op zondag een belangrijke leidraad. Totdat de babyboomers aan de zuilen begonnen te sjorren, was de Nederlandse consument eenvoudig in te delen op basis van sociale en geografische kenmerken.

In de jaren 80 deed psychografische segmentatie z’n intrede. Lifestyle kenmerken bleek dé invalshoek om groepen consumenten van elkaar te onderscheiden. Je had hippies, krakers en punkers: een glimp van iemand was al genoeg om zeker te weten welke merken de voorkeur hadden.

Sindsdien is de maatschappij steeds individualistischer geworden en bieden uiterlijke kenmerken geen houvast meer voor wat iemand vindt of doet. Sterker nog, iemand kan heel verschillend uit de hoek komen, afhankelijk van de context of productcategorie. Probeer hier nog maar eens een heldere samenhang in te vinden en tot homogene en duidelijk van elkaar te onderscheiden segmenten te komen.

De gouden cirkel van segmentatie: Waarom – Hoe – Wie?

De gouden cirkel van Simon Sinek is niet meer weg te denken uit het marketing en management denken. Het belangrijkste kenmerk van dit denkmodel is: als bedrijven scherp voor ogen hebben wat ze drijft, waarom ze iets doen, vallen hoe (hoe het proces het beste ingericht kan worden) & wat (de producten en diensten die ze aanbieden) als vanzelfsprekend op hun plaats.

Met een kleine variatie op de buitenste ring geldt dit denkraam evenzeer voor het segmenteren van doelgroepen. Het succes van marktsegmentatie wordt in belangrijke mate bepaald door hoe goed je de drijfveren en motivaties van klanten en prospects weet te doorgronden.

  • Het begint met het waarom – Welk doel en welk gevoel willen mensen bereiken? Wat is de job-to-be-done? Wat zijn hun motieven en drijfveren? Maar ook: wat houdt hen tegen; welke drempels staan in de weg van het bereiken van het beoogde doel?
  • Hoe – Hoe staan mensen tegenover belangrijke spelers / merken in de categorie? Hoe gaan mensen om met een product- of servicecategorie? Hoe gedragen ze zich? Hoe ziet hun journey eruit?
  • Wie – Wie zijn deze mensen? Wat kenmerkt hen? In hoeverre zijn er (nog) uiterlijke kenmerken, waarop één of meer segmenten zich onderscheiden van de rest?

Door het blootleggen van het waarom wordt het veel eenvoudiger om houding en gedrag – het hoe – en uiterlijke kenmerken – het wie – te verklaren en of te voorspellen.

gouden cirkel van segmentatie

Gebruik bij segmenteren het gedachtegoed van Jung als fundament

Juist het waarom is lastig in kaart te brengen met traditionele onderzoekstechnieken. Die gaan niet diep genoeg; mensen zijn zich vaak niet bewust waarom ze iets doen of vinden. Gelukkig kunnen we gebruik maken van fundamenteel wetenschappelijke inzichten in de wondere wereld van ons brein, om zo dieperliggende drijfveren en motieven inzichtelijk én overzichtelijk in kaart te brengen.

Het werk van Carl Gustav Jung leent zich hier uitstekend voor, juist omdat Jung zich uitvoerig verdiept heeft in de invloed van bewuste en onbewuste motieven op het menselijk gedrag. Het volgende assenstelsel en het daaruit voortkomende kleurenkwadrant vormen de kern:

  • De verticale as is de psychologische, ‘attitude-as’ met extravert en de behoefte aan vrijheid en flexibiliteit aan de bovenkant en introvert en de behoefte aan orde en regelmaat aan de onderkant.
  • De horizontale as betreft het sociologische karakter van mensen: is iemand met name gefocust op zichzelf (ego georiënteerd) of vooral op anderen (groepsgeoriënteerd).
Segmenteren

 

Zo ontstaan vier (kleuren)kwadranten, vier basistypen van menselijke persoonlijkheden, die veelvuldig toegepast worden in marketing en psychologie, o.a. bij de Myers-Briggs Type Indicator.

Archetypesegmentatie levert je best of both worlds

Over de jaren hebben marketeers en psychologen dit vier-kleuren-kwadrant verder ontwikkeld, tot een versie waarin meer specifieke persoonlijkheidstypen terug te vinden zijn. Carl Jung zelf introduceerde archetypen. Deze vertegenwoordigen de universele drijfveren van de mens. Archetypen blijken een zeer krachtig segmentatie-instrument. Doorvertaald naar marktspecifieke persona’s is het voor zowel marketeers als consumenten het feest der herkenning.

In deel 2 van deze drieluik leg ik uit waarom archetypesegmentatie best of both worlds oplevert: inzicht in onderscheidende, homogene clusters van drijfveren en overzicht aan de hand van bestaande kennismodellen over menselijk gedrag.

Deze blog is ook gepubliceerd op Adformatie.

Nudge: een subtiel duwtje in de goede richting

Nudges

Het beïnvloeden van consumentengedrag in de gewenste richting is de holy grail van marketing. Sinds jaar en dag verleiden merken consumenten met mooie plaatjes en praatjes. Ook de overheid bestookt de burger met grootschalige campagnes, in de hoop dat ze zich verstandiger gaan gedragen. De vlieg, die Schiphol in de jaren negentig introduceerde in de herentoiletten is misschien wel ’s werelds bekendste voorbeeld van nudging.

Nudging Schiphol airport

Mannen hadden opeens iets om met grote precisie op te mikken. Het scheelt de luchthaven jaarlijks al snel 10% in schoonmaakkosten. En wat te denken van de rechts op de traptreden geplakte voetstappen in het centraal station van Den Haag: als je nu niet automatisch aan de rechterkant de trap afgaat. Kortom, een ogenschijnlijk simpele aanpassing in de ‘context’ kan leiden tot een grote verandering in gedrag. Een subtiele wijziging in de (fysieke) omgeving blijkt vaak effectiever dan verbale argumenten, hoe steekhoudend ze ook mogen zijn.

Irrationeel gedrag of is niks menselijks ons vreemd?

Sinds het verschijnen van het boek van Thaler en Sunstein – “Nudge: Improving Decisions about Health, Wealth, and Happiness” – in 2008 kan nudging rekenen op toenemende belangstelling. Een nudge staat voor een ‘subtiel duwtje in de goede richting’, op de voorkant van het boek metaforisch weergegeven als moeder olifant die het baby olifantje met haar slurf een zetje vooruit geeft. Een nudge is geen verplichting of gedwongen keuze. In de bedrijfskantine fruit op ooghoogte uitstallen telt als nudging. Het schrappen van frituur uit het lunchaanbod is dit niet.

Dankzij gedragseconomen weten we inmiddels dat de mens lang niet altijd rationeel weloverwogen keuzes maakt en komt tot de optimale keuze. Sterker nog, Kahneman (2011) doet in zijn levenswerk – Thinking, Fast and Slow – uit de doeken hoe ons denken en doen grotendeels geleid wordt door ‘Systeem I’ – onze automatische, intuïtieve geest. Aan de hand van talloze voorbeelden laat hij zien hoe Systeem I te verleiden en te misleiden is door keuzemogelijkheden op bepaalde manieren te presenteren.

Zo bepaalt de alvast voor ons aangevinkte default optie in belangrijke mate onze keuze. De krachtige werking van de default optie heeft onder andere te maken met ingebed risico-avers gedrag: liever geen keuze maken dan iets kiezen waar we later spijt van hebben, om wat voor reden dan ook. Cognitieve biases beïnvloeden ons gedrag continu. In onze reeks biases lichten we tal van ogenschijnlijk irrationale keuzes en handelingen uit en toe.

You have been nudged

Nudges werken zo goed omdat ze slim gebruik maken van het feit dat mensen veel minder rationeel handelen dan we in de vorige eeuw veronderstelden. Nudges beïnvloeden ons gedrag op een onbewuste manier. De essentie van nudges is namelijk dat ze op een gepaste en effectieve manier gebruik maken van biases.

In de openbare ruimte wordt al lang gebruik gemaakt van nudges. Beproefde concepten om onze rijsnelheid te temperen zijn de ge-stippellijn-de fietsstroken op smalle polderwegen en de roodgekleurde smileys bij teveel gas geven in de bebouwde kom. Thales en Sunstein beschrijven een prachtig voorbeeld over een levensgevaarlijke bocht op een snelweg bij Chicago. Levensgrote pijlen in de bocht hadden geen effect. Automobilisten pasten hun snelheid pas aan nadat op het wegdek steeds dichter bij elkaar liggende dwarsstrepen waren aangebracht. Automobilisten trapten nu wel op de rem, omdat ze het gevoel kregen dat ze steeds harder gingen rijden terwijl de bocht steeds dichterbij kwam.

Het is verrassend om te zien hoe een kleine aanpassing in de ‘context’ leidt tot een grote verandering in gedrag. Geen weldoordachte argumenten, maar een subtiele hint. Op internet zijn veel mooie voorbeelden terug te vinden van geslaagde nudges, zoals een experiment door de bibliotheek van Utrecht. Ingegeven door de wens om energie te besparen, wilde de bibliotheek bezoekers stimuleren om in plaats van de lift de pal daarnaast gelegen trap te nemen. Verbluffend om te zien wat je al niet kunt bereiken met een paar stroken tape in de hal:

Een goede nudge is geen toeval

Ingegeven door het boek van Thaler en Sunstein wordt nudging al snel in verband gebracht met overheden & hun burgers. Ten onrechte, want nudges zijn minstens even goed toepasbaar in ‘de commerciële wereld’. Ook voor de laatstgenoemde groep geldt: met subtiel verleiden is niks mis, zolang het geen misleiden wordt (zoals booking.com voortdurend deed met ‘dit is de laatste kamer’). Goed onderzoek vergroot aanzienlijk de kans om die succesvolle manier te vinden om gedrag onbewust te beïnvloeden. Want, al is de uiteindelijke oplossing nog zo simpel, een goede nudge bedenk je niet zo maar.

Nudging is actueler dan ooit te voren

Door het Corona virus deed de anderhalve meter maatschappij z’n intrede. Van de ene op de andere dag moesten we afstand van elkaar houden. Het is tegennatuurlijk gedrag; en daarom vinden we het lastig. Effectieve nudges kunnen ervoor zorgen dat we met z’n allen onbewust en op de automatische piloot soepel en veilig bewegen in de nieuwe anderhalve meter maatschappij. In deze blog presenteren we een vijfstappenplan om tot effectieve nudges te komen.

Bronnen:
Thaler, Richard, C. Sunstein (2008), “Nudge: Improving decisions about health, wealth and happiness”
Kahneman, Daniel (2011), “Thinking, Fast and Slow”

Deze blog is ook gepubliceerd door de Marktonderzoekassociatie (MOA).